Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen
en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte, indien verschillend
Registratiehouder:Chanelle Pharmaceuticals Manufacturing Limited |
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:Chanelle Pharmaceuticals Manufacturing Limited |
Aard van het middel
Antimicrobieel middel
Benaming van het diergeneesmiddel
Clindaseptin 25 mg/ml orale oplossing voor katten en honden
Clindamycine
Gehalte aan werkzame en overige bestanddelen
Eén ml bevat:
Werkzaam bestanddeel:
Clindamycine 25 mg (als clindamycine hydrochloride 27,15 mg)
Hulpstoffen:
Ethanol 96% 90,56 mg
Heldere, kleurloze oplossing
Indicatie(s)
Kat:
- Voor de behandeling van geïnfecteerde wonden en abcessen veroorzaakt door clindamycine-gevoelige stammen van Staphylococcus spp. en Streptococcus spp.
Hond:
- voor de behandeling van geïnfecteerde wonden, abcessen en infecties van mondholte en tanden veroorzaakt door of geassocieerd met voor clindamycine gevoelige stammen van Staphylococcus spp., Streptococcus spp., Bacteroides spp., Fusobacterium necrophorum en Clostridium perfringens
- aanvullende behandeling van mechanische of chirurgische periodontale therapie bij de behandeling van infecties van het tandvlees en periodontale weefsels
- voor de behandeling van osteomyelitis veroorzaakt door Staphylococcus aureus.
Contra-indicatie(s)
Niet toedienen aan konijnen, hamsters, cavia's, chinchilla's, paarden of herkauwers, omdat opname van clindamycine bij deze diersoorten ernstige gastro-intestinale stoornissen kan veroorzaken.
Niet gebruiken in geval van overgevoeligheid voor clindamycine of lincomycine of voor een van de hulpstoffen.
Bijwerkingen (frequentie en ernst)
Braken en diarree worden af en toe waargenomen.
Clindamycine geeft soms aanleiding tot overgroei van niet-gevoelige organismen zoals resistente clostridia en gisten. In geval van superinfectie, moet de behandeling worden gestopt en dienen gepaste maatregelen te worden genomen gebaseerd op de klinische situatie.
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
Diersoorten waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is
Kat en hond
Dosering voor elke doeldiersoort, wijze van gebruik en toedieningsweg(en)
Uitsluitend voor orale toediening
Aanbevolen dosering:
Katten:
- geïnfecteerde wonden en abcessen: 11 mg clindamycine per kg lichaamsgewicht per 24 uur of 5,5 mg/kg iedere 12 uur gedurende 7 tot 10 dagen.
De behandeling dient gestaakt te worden indien geen therapeutisch effect wordt waargenomen na 4 dagen.
Honden:
- geïnfecteerde wonden, abcessen en infecties van mondholte en tanden: 11 mg clindamycine per kg lichaamsgewicht per 24 uur of 5,5 mg/kg iedere 12 uur gedurende 7 tot 10 dagen.
De behandeling dient gestaakt te worden indien geen therapeutisch effect wordt waargenomen na 4 dagen. - behandeling van botinfecties (osteomyelitis): 11 mg clindamycine per kg lichaamsgewicht iedere 12 uur gedurende een periode van minimaal 28 dagen
De behandeling dient gestaakt te worden indien geen therapeutisch effect wordt waargenomen binnen de eerste 14 dagen.
Dosering | Toe te dienen volume per kg lichaamsgewicht |
5,5 mg/kg | Komt overeen met ongeveer 0,25 ml per kg |
11 mg/kg | Komt overeen met ongeveer 0,5 ml per kg |
Aanwijzingen voor een juiste toediening
Een spuit van 3 ml met schaalverdeling is bijgeleverd om de toediening van het diergeneesmiddel te vergemakkelijken.
Wachttermijn
Niet van toepassing
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet te gebruiken na de vervaldatum vermeld op het etiket en de doos na EXP
Houdbaarheid na eerste opening van de verpakking: 28 dagen
Speciale waarschuwingen
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren
Onjuist gebruik van het diergeneesmiddel kan het aantal bacteriën dat resistent is tegen clindamycine verhogen.
Indien mogelijk dient clindamycine uitsluitend te worden gebruikt op basis van gevoeligheidstesten.
Zie sectie 15 voor informatie over klinische breekpunten van clindamycine.
Wanneer het diergeneesmiddel wordt gebruikt dient rekening gehouden te worden met het officiële en nationale beleid ten aanzien van antimicrobiële middelen.
Clindamycine vertoont parallelresistentie met lincomycine en co-resistentie met erythromycine. Er is een gedeeltelijke kruisresistentie met erythromycine en andere macroliden.
In geval van toediening van hoge doses clindamycine of bij langdurige behandeling van één maand of langer, moeten testen voor lever- en nierfunctie en bloedceltellingen regelmatig uitgevoerd worden.
Bij honden en katten met nier- en/of leverproblemen, in combinatie met ernstige metabole afwijkingen, moet de toe te dienen dosis voorzichtig bepaald worden en moet de conditie van de dieren nagegaan worden aan de hand van serologische testen tijdens de behandeling.
Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het geneesmiddel aan de dieren toedient
Handen wassen na gebruik. Personen met een bekende overgevoeligheid voor lincosamiden (lincomycine en clindamycine) moeten contact met het diergeneesmiddel vermijden.
In geval van accidentele ingestie dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.
Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg
Hoewel studies met hoge clindamycine dosering in ratten de indruk geven dat clindamycine niet teratogeen is en het de voortplantingsresultaten van mannelijke en vrouwelijke dieren niet significant beïnvloedt, werd de veiligheid van het diergeneesmiddel in drachtige teven/poezen en fokreuen/katers niet bewezen.
Uitsluitend gebruiken overeenkomstig de baten/risico beoordeling van de verantwoordelijke dierenarts.
Clindamycine kan de bloed-melk barrière passeren. Als gevolg daarvan kan gebruik bij zogende moederdieren, diarree veroorzaken bij pups/kittens.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Er werd aangetoond dat clindamycine neuromusculaire blokkerende eigenschappen vertoont die het werkingsmechanisme van andere neuromusculaire blokkerende stoffen mogelijk kunnen versterken.
Het gelijktijdig gebruik van zulke diergeneesmiddelen, dient met de nodige voorzichtigheid te gebeuren.
Gebruik clindamycine niet tegelijkertijd met chlooramfenicol of macroliden omwille van hun gezamenlijke bindingsplaats op de ribosomen.
Clindamycine kan de spiegels van cyclosporine doen dalen; gelijktijdig gebruik dient vermeden te worden.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
Doses van 300 mg/kg werden goed verdragen door honden, zonder bijwerkingen. Braken, verlies van eetlust, diarree, leukocytose en verhoging van leverenzymen (AST, ALT) werden incidenteel waargenomen. In deze gevallen moet de behandeling onmiddellijk gestopt worden en een symptomatische behandeling worden ingesteld.
Onverenigbaarheden
Dit diergeneesmiddel niet vermengen met andere diergeneesmiddelen.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen van niet-gebruikte diergeneesmiddelen of eventuele restanten hiervan
Geneesmiddelen mogen niet worden verwijderd via afvalwater of huishoudelijk afval.
Vraag aan uw dierenarts hoe u overtollige geneesmiddelen verwijdert. Deze maatregelen dienen ter bescherming van het milieu.
De datum waarop de bijsluiter voor het laatst is herzien**
17 september 2015
Overige informatie
Verpakkingsgrootte
Kartonnen doos met een flesje van 22 ml
CLSI clindamycine diergeneeskundige breekpunten zijn beschikbaar voor Staphylococcus spp. huiden weke deleninfecties bij honden: S ≤ 0,5 μg/ml; I = 1-2 μg/ml; R ≥ 4 μg/ml (CLSI januari 2010).
Registratienummer: REG NL 109540
**Datum van toevoeging van bovenstaande bijsluitertekst aan diergeneesmiddelen.info: 3 juli 2016(NB het is mogelijk dat een eventuele nieuwere versie nog niet in de collectie van diergeneesmiddelen.info is verwerkt).
Status voor gebruik bij dieren in Nederland
Uitsluitend door dierenartsen te gebruiken.