Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen
en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte, indien verschillend
Registratiehouder:Ecuphar NV |
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:Lelypharma B.V. |
Aard van het middel
Hormoonpreparaat.
Benaming van het diergeneesmiddel
Thiamacare 10 mg/ml orale oplossing voor katten
Thiamazol
Gehalte aan werkzame en overige bestanddelen
Per ml :
Werkzaam bestanddeel: Thiamazol 10 mg
Hulpstoffen, q.s.
Heldere, kleurloze tot lichtgele, homogene vloeistof
Indicatie(s)
Voor de stabilisatie van hyperthyreoïdie bij katten voorafgaand aan chirurgische thyreoïdectomie.
Voor de langdurige behandeling van feline hyperthyreoïdie.
Contra-indicaties
Niet gebruiken bij katten die aan een andere systemische ziekte lijden, zoals een primaire leveraandoening of diabetes mellitus.
Niet gebruiken bij katten die symptomen van een auto-immuunziekte vertonen, zoals anemie, meerdere ontstoken gewrichten, huidulceratie en korstvorming.
Niet gebruiken bij dieren met stoornissen van de witte bloedcellen, zoals neutropenie of lymfopenie. Symptomen kunnen bestaan uit onder andere lethargie en een verhoogde gevoeligheid voor infecties.
Niet gebruiken bij dieren met stoornissen van de bloedplaatjes en coagulopathieën (in het bijzonder trombocytopenie). De symptomen kunnen onder andere bestaan uit bloeduitstortingen en overmatige bloeding van wonden.
Niet gebruiken bij katten met overgevoeligheid voor thiamazol of (één van) de hulpstoffen.
Niet gebruiken bij drachtige of lacterende poezen
Bijwerkingen
Mogelijke immunologische bijwerkingen omvatten anemie, met zeldzaam voorkomende bijwerkingen waaronder trombocytopenie en antinucleaire antistoffen in het serum, en in zeer zeldzame gevallen kan lymfadenopathie voorkomen. De symptomen kunnen bestaan uit bloeduitstortingen, overmatig bloeden, meerdere ontstoken gewrichten en huidveranderingen zoals korstvorming en ulceratie. De behandeling dient onmiddellijk te worden gestopt en na een passende herstelperiode dient een alternatieve therapie te worden overwogen.
Na langdurige behandeling met thiamazol bij knaagdieren is een verhoogd risico op neoplasie in de schildklier waargenomen, maar bij katten zijn daarvan geen aanwijzingen.
Bijwerkingen komen soms voor. De meest voorkomende klinische bijwerkingen die zijn gemeld, zijn onder andere:
- Braken
- Gebrek aan eetlust/anorexie
- Lethargie (extreme vermoeidheid)
- Ernstige pruritus en huidschilfering aan kop en nek
- Geelzucht (gele verkleuring) van de slijmvliezen van de mond, de ogen en de huid, geassocieerd met leverziekte
- Toegenomen bloedingen en/of bloeduitstortingen geassocieerd met leverziekte
- Hematologische (bloedcel) afwijkingen (eosinofilie, lymfocytose, neutropenie, lymfopenie, lichte leukopenie, agranulocytose, trombocytopenie of hemolytische anemie)
Deze bijwerkingen verdwijnen binnen 7–45 dagen na het stoppen van de behandeling met thiamazol.
De frequentie van bijwerkingen wordt als volgt gedefinieerd:
- Zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerking(en))
- Vaak (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren)
- Soms (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 1.000 behandelde dieren)
- Zelden (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren)
- Zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen
Diersoort(en)
Kat.
Dosering voor elke doeldiersoort, toedieningsweg(en) en wijze van gebruik
Voor oraal gebruik.
Het diergeneesmiddel moet direct in de bek van de kat worden toegediend. Dien het diergeneesmiddel niet toe in voedsel, aangezien de werkzaamheid van het diergeneesmiddel bij toediening via deze weg niet is bewezen.
Voor het stabiliseren van feline hyperthyreoïdie voorafgaand aan chirurgische thyreoïdectomie en voor de langdurige behandeling van feline hyperthyreoïdie is de aanbevolen aanvangsdosis 5 mg per dag.
De totale dagelijkse dosis dient te worden verdeeld in twee doses en 's ochtends en 's avonds te worden toegediend. Om de stabilisatie van de hyperthyreoïdie te bevorderen, is het noodzakelijk om elke dag dezelfde tijdstippen van toedienen van het diergeneesmiddel ten opzichte van de voederopname aan te houden.
Aanvullende informatie voor de behandelend dierenarts:
Vóór aanvang van de behandeling en na 3 weken, 6 weken, 10 weken, 20 weken en daarna om de 3 maanden, moeten de hematologische en biochemische parameters en de totale T4-concentraties in het serum worden bepaald. Op elk van de aanbevolen monitoringintervallen dient de dosis naar effect getitreerd te worden op basis van de totale T4 in het serum en de klinische respons op de behandeling. Aanpassingen aan de standaarddosis dienen te worden gedaan in stappen van 2,5 mg (0,25 ml diergeneesmiddel), waarbij gestreefd moet worden naar een zo laag mogelijk dosering. Bij katten die bijzonder kleine dosisaanpassingen nodig hebben, kunnen stappen van 1,25 mg thiamazol (0,125 ml diergeneesmiddel) gebruikt worden. Indien de totale T4-concentratie daalt tot onder de minimumgrens van het referentie-interval, en vooral als de kat klinische symptomen van iatrogene hypothyreoïdie vertoont (bijv. lethargie, gebrek aan eetlust, gewichtstoename en/of dermatologische symptomen, zoals alopecia en een droge huid), moet overwogen worden om de dagelijkse dosis en/of doseringsfrequentie te verlagen.
Indien een toediening van méér dan 10 mg thiamazol per dag vereist is, moeten de dieren extra nauwlettend worden gemonitord.
De toegediende dagelijkse dosis mag niet hoger zijn dan 20 mg per dag.
In geval van langdurige behandeling van hyperthyreoïdie dient het dier levenslang behandeld te worden.
Aanwijzingen voor een juiste toediening
Volg de doseringsinstructies en behandelduur die zijn aangeraden door de dierenarts.
Wachttijd(en)
Niet van toepassing.
Bijzondere bewaarvoorschriften
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Houd de container zorgvuldig gesloten.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP. De uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand.
Houdbaarheid na eerste opening van de container: 3 maanden.
Speciale waarschuwingen
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort
Om de stabilisatie van de hyperthyreoïdie te bevorderen, dienen elke dag dezelfde tijden voor het voederen en het toedienen van het diergeneesmiddel te worden aangehouden.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren
Katten moeten altijd toegang hebben tot drinkwater.
Vertel het de dierenarts als uw kat nierproblemen heeft.
Als uw kat plotseling ziek lijkt tijdens de behandeling, met name als hij/zij koorts krijgt (een hoge temperatuur heeft), dan moet hij/zij zo snel mogelijk door een dierenarts worden onderzocht en moet er bloed worden afgenomen voor een standaard bloedtest.
Informatie voor de behandelend dierenarts
Indien een toediening van méér dan 10 mg per dag vereist is, moeten de dieren extra nauwlettend worden gemonitord.
Het gebruik van het diergeneesmiddel bij katten met een nieraandoening dient alleen plaats te vinden na een zorgvuldige baten/risicobeoordeling door de dierenarts. Aangezien thiamazol een afname van de glomerulaire filtratiesnelheid kan veroorzaken dient het effect van de therapie op de nierfunctie nauwlettend gemonitord te worden, aangezien verslechtering van een eventuele onderliggende nieraandoening kan optreden.
Het monitoren van het bloedbeeld is noodzakelijk vanwege het risico op leukopenie of hemolytische anemie.
Bij dieren die zich tijdens de behandeling plotseling onwel lijken te voelen, in het bijzonder bij koorts, moet een bloedmonster worden afgenomen voor routinematige controle van hematologische en biochemische parameters. In geval van neutropenie (aantal neutrofielen <2,5 x 109 /l) dient het dier profylactisch behandeld te worden met bactericide antibacteriële middelen en een ondersteunende behandeling.
Zie rubriek “Dosering voor elke doeldiersoort, toedieningsweg(en) en wijze van gebruik/ aanvullende informatie voor de behandelend dierenarts” voor instructies inzake de monitoring.
Aangezien thiamazol hemoconcentratie kan veroorzaken, moeten katten altijd toegang hebben tot drinkwater.
Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient
Personen met een bekende overgevoeligheid (allergie) voor thiamazol of één van de hulpstoffen moeten contact met het diergeneesmiddel vermijden. Indien allergische symptomen ontstaan, zoals huiduitslag, zwelling van het gezicht, de lippen of de ogen, of als zich moeilijkheden met ademhalen voordoen, dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond. Thiamazol kan maagdarmproblemen, hoofdpijn, koorts, gewrichtspijn, pruritus (jeuk) en pancytopenie (afname van het aantal bloedcellen en bloedplaatjes) veroorzaken.
Het diergeneesmiddel kan ook huidirritatie veroorzaken. Vermijd blootstelling aan de huid en mond, inclusief hand-mondcontact. Eet, drink en rook niet tijdens het hanteren van het diergeneesmiddel of het verschonen van de kattenbak.
Was uw handen met zeep en water na het toedienen van het diergeneesmiddel en na contact met braaksel of kattenbakvulling van behandelde dieren. Was gemorst diergeneesmiddel direct van de huid af.
Na toediening van het diergeneesmiddel, moet eventuele resterende vloeistof die zich nog op de punt van de doseringsspuit bevindt met een papieren doekje worden weggeveegd. Het verontreinigde doekje dient direct te worden weggegooid.
De gebruikte spuit moet samen met het diergeneesmiddel in de originele doos worden bewaard.
In geval van accidentele ingestie, dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.
Dit diergeneesmiddel kan oogirritatie veroorzaken. Vermijd contact met de ogen, inclusief hand-oogcontact.
In geval van accidenteel contact met de ogen dienen de ogen onmiddellijk met schoon stromend water te worden gespoeld. In geval van irritatie dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd.
Aangezien thiamazol schadelijk kan zijn voor het ongeboren kind, moeten vrouwen in de vruchtbare leeftijd niet-doorlaatbare wegwerphandschoenen gebruiken als ze het diergeneesmiddel toedienen of in contact komen met de kattenbakvulling/het braaksel van behandelde katten.
Indien u zwanger bent, denkt zwanger te zijn of probeert zwanger te worden, mag u het diergeneesmiddel niet toedienen en niet in contact komen met de kattenbakvulling/het braaksel van behandelde katten.
Uitsluitend voor diergeneeskundig gebruik.
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Dracht en lactatie
Niet gebruiken bij drachtige of lacterende poezen.
Aanvullende informatie voor de behandelend dierenarts: Uit laboratoriumonderzoek bij ratten en muizen zijn gegevens naar voren gekomen die wijzen op teratogene en embryotoxische effecten van thiamazol. De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen bij drachtige en lacterende katten.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Vertel het de dierenarts als uw kat andere medicijnen krijgt of als uw kat binnenkort een vaccinatie krijgt.
Informatie voor de behandelend dierenarts: Gelijktijdige behandeling met fenobarbital kan de klinische werkzaamheid van thiamazol verminderen.
Van thiamazol is bekend dat het de hepatische oxidatie van ontwormingsmiddelen op basis van benzimidazol vermindert en kan leiden tot hogere plasmaconcentraties bij gelijktijdige toediening. Thiamazol heeft een immuunmodulerende werking. Hiermee dient rekening te worden gehouden bij het overwegen van een vaccinatieprogramma.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
Als u denkt dat u uw kat meer van dit diergeneesmiddel heeft gegeven dan zou moeten (een overdosis), stop de behandeling dan en neem contact op met uw dierenarts die mogelijk een symptomatische en ondersteunende behandeling moet geven. Voor de symptomen van een overdosering, zie de rubriek “Bijwerkingen” in deze bijsluiter.
Informatie voor de behandelend dierenarts
In tolerantieonderzoeken bij jonge gezonde katten deden de volgende dosis gerelateerde klinische symptomen zich voor bij doses tot 30 mg thiamazol/dier/dag: anorexie, braken, lethargie, pruritus en hematologische en biochemische afwijkingen zoals neutropenie, lymfopenie, verlaagde kalium- en fosforwaarden in het serum, verhoogde magnesium- en creatininewaarden en het voorkomen van antinucleaire antistoffen. Bij een dosis van 30 mg thiamazol per dag vertoonden sommige katten symptomen van hemolytische anemie en ernstige klinische achteruitgang. Sommige van deze symptomen kunnen zich ook voordoen bij katten met hyperthyreoïdie die worden behandeld met doses tot 20 mg per dag.
Overdosering bij katten met hyperthyreoïdie kan leiden tot symptomen van hypothyreoïdie. Dit is echter onwaarschijnlijk, aangezien hypothyreoïdie meestal wordt gecorrigeerd door negatieve feedbackmechanismen. Zie rubriek: “Bijwerkingen”.
In geval van overdosering, stop de behandeling en stel een symptomatische en ondersteunende behandeling in.
Onverenigbaarheden
Aangezien er geen onderzoek is verricht naar de verenigbaarheid, mag het diergeneesmiddel niet met andere diergeneesmiddelen worden gemengd.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen van niet-gebruikte diergeneesmiddelen of eventueel afvalmateriaal
Geneesmiddelen mogen niet verwijderd worden via afvalwater of huishoudelijk afval. Vraag aan uw dierenarts of uw apotheker wat u met overtollige diergeneesmiddelen dient te doen. Deze maatregelen dragen bij aan de bescherming van het milieu.
De datum waarop de bijsluiter voor het laatst is herzien**
31 januari 2023
Overige informatie
Dit diergeneesmiddel is verkrijgbaar in de toedieningsvorm van 30 ml en er wordt een orale spuit van 1,0 ml meegeleverd als doseerhulpmiddel.
Uitsluitend voor diergeneeskundig gebruik.
Informatie voor de behandelend dierenarts
Farmacodynamische eigenschappen
Thiamazol werkt door de biosynthese van het schildklierhormoon in vivo te blokkeren. De primaire werking is het verhinderen van de binding van jodide aan het enzym thyreoïd-peroxidase, waardoor de gekatalyseerde jodering van thyreoglobuline en de synthese van T3 en T4 worden voorkomen.
Farmacokinetische eigenschappen
Na orale toediening bij gezonde katten, wordt het werkzame bestanddeel snel en volledig geabsorbeerd met een biologische beschikbaarheid van >75%. Er is echter een aanzienlijke variatie tussen dieren. De eliminatie van het diergeneesmiddel in het plasma van de kat verloopt snel met een halfwaardetijd van 2,6–7,1 uur. Piekplasmaspiegels worden binnen maximaal 1 uur na toediening bereikt. De Cmax is 1,6 ± 0,4 μg/ml.
Bij ratten wordt thiamazol slecht aan plasma-eiwitten gebonden (5%); 40% wordt gebonden aan rode bloedcellen. De metabolisering van thiamazol bij katten is niet onderzocht, maar bij ratten wordt thiamazol snel gemetaboliseerd. Bij mensen en ratten is bekend dat het diergeneesmiddel de placenta kan passeren en zich in de foetale schildklier concentreert. Er is ook een hoge mate van uitscheiding in de moedermelk
Registratienummer: REG NL 124434
**Datum van toevoegen/wijziging van bovenstaande bijsluitertekst op diergeneesmiddelen.info: 21 augustus 2023 (NB het is mogelijk dat een eventuele nieuwere versie nog niet in de collectie van diergeneesmiddelen.info is verwerkt).
Status voor gebruik bij dieren in Nederland
Uitsluitend verkrijgbaar bij een dierenarts of op recept van een dierenarts bij een apotheek.