Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen
en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte, indien verschillend
Registratiehouder:Bayer Animal Health GmbH |
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:KVP Pharma + Veterinär Produkte GmbH |
Aard van het middel
Antiparasitair middel, Anthelminticum.
Benaming van het diergeneesmiddel
Advocate 40 mg + 4 mg spot-on oplossing voor kleine katten en fretten
Advocate 80 mg + 8 mg spot-on oplossing voor grote katten
Imidacloprid, moxidectine
Gehalte aan werkzame en overige bestanddelen
Elke eenheidsdosis (pipet) levert:
Eenheidsdosis | Imidacloprid | Moxidectine | |
Advocate voor Kleine Katten (≤ 4 kg) en Fretten | 0,4 ml | 40 mg | 4 mg |
Advocate voor Grote Katten (> 4-8 kg) | 0,8 ml | 80 mg | 8 mg |
Excipiëntia: Benzylalcohol, 1 mg/ml butylhydroxytolueen (E321; als antioxidans).
Heldere, gele tot bruine oplossing.
Indicatie(s)
Voor katten die lijden aan, of risico lopen op, gemengde parasitaire infecties:
- voor de preventie en behandeling van vlooienbesmetting (Ctenocephalides felis)
- voor de behandeling van oormijtinfestatie (Otodectes cynotis)
- de behandeling van notoedrische schurft (Notoedres cati)
- de behandeling van de longworm Eucoleus aerophilus (syn. Capillaria aerophila) (volwassen stadia),
- de preventie van longworminfecties (L3/L4 larven van Aelurostrongylus abstrusus),
- de behandeling van de longworm Aelurostrongylus abstrusus (volwassen stadia),
- de behandeling van de oogworm Thelazia callipaeda (volwassen stadia),
- voor de preventie van hartworm (L3 en L4 larven van Dirofilaria immitis)
- voor de behandeling van infecties met gastro-intestinale nematoden (L4 larven, onvolgroeide en volwassen stadia van Toxocara cati en Ancylostoma tubaeforme (haakworm))
Het diergeneesmiddel kan worden gebruikt als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen door vlooien veroorzaakte allergische dermatitis (FAD).
Voor fretten die lijden aan, of risico lopen op, gemengde parasitaire infecties:
- voor de preventie en behandeling van vlooienbesmetting (Ctenocephalides felis)
- voor de preventie van hartworm (L3 en L4 larven van Dirofilaria immitis)
Contra-indicatie(s)
Niet gebruiken bij kittens jonger dan 9 weken.
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor één van de bestanddelen van dit product.
Bij fretten: Advocate voor grote katten (0,8 ml) of Advocate voor honden (alle sterktes) niet gebruiken.
Bij honden moet het corresponderende product ‘Advocate voor honden’ gebruikt worden, dat 100 mg/ml imidacloprid en 25 mg/ml moxidectine bevat.
Niet gebruiken bij kanaries.
Bijwerkingen
Het gebruik van het diergeneesmiddel bij katten kan gepaard gaan met een voorbijgaande jeuk. In zeldzame gevallen kunnen een vettige vacht, erytheem en braken voorkomen. Deze symptomen verdwijnen zonder verdere behandeling. In zeldzame gevallen kan het diergeneesmiddel een lokale overgevoeligheidsreactie veroorzaken.Wanneer het dier na de behandeling de toedieningsplaats likt kunnen zich in zeer zeldzame gevallen neurologische symptomen (waarvan de meeste van voorbijgaande aard), zoals ataxie, algehele tremoren, oculaire symptomen (verwijde pupillen, verminderde pupil reflex, nystagmus), abnormale ademhaling, speekselvorming en braken voordoen.
Het diergeneesmiddel smaakt bitter en speekselen kan voorkomen wanneer het dier de toedieningsplaats likt onmiddellijk na de behandeling. Dit is geen symptoom van intoxicatie en verdwijnt na enige minuten zonder behandeling. Correct gebruik minimaliseert de mogelijkheid voor het dier de toedieningsplaats te likken.
In zeer zeldzame gevallen kan het diergeneesmiddel ter hoogte van de toedieningsplaats een sensatie veroorzaken, resulterend in voorbijgaande gedragsveranderingen (zoals sloomheid, agitatie of gebrek aan eetlust).
In geval van accidentele orale opname dient een symptomatische behandeling te worden ingesteld door een dierenarts. Er is geen specifiek antidoot bekend. Het gebruik van actieve kool kan zinvol zijn
De frequentie van bijwerkingen wordt als volgt gedefinieerd:
- zeer vaak bij (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerking(en))
- vaak (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren)
- soms (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 1.000 behandelde dieren)
- zelden (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren)
- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten).
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
Doeldiersoort(en)
Kat, fret.
Dosering voor elke doeldiersoort, toedieningsweg(en) en wijze van gebruik
Uitsluitend voor uitwendig gebruik.
Om oplikken te vermijden, dien lokaal toe op de huid in de nekstreek van het dier ter hoogte van de schedelbasis.
Doseringsschema voor katten
De aanbevolen minimumdosis bedraagt 10 mg/kg lichaamsgewicht imidacloprid en 1,0 mg/kg lichaamsgewicht moxidectine, equivalent aan 0,1 ml/kg lichaamsgewicht Advocate voor Katten.
Het behandelingsschema dient gebaseerd te worden op individuele veterinaire diagnose en de lokale epidemiologische situatie.
Kat gewicht [kg] |
Te gebruiken pipet | Volume [ml] | Imidacloprid [mg/kg lg] |
Moxidectine [mg/kg lg] |
≤ 4 kg | Advocate voor Kleine Katten | 0,4 | minimaal 10 | minimaal 1 |
> 4 - 8 kg | Advocate voor Grote Katten | 0,8 | 10 - 20 | 1 - 2 |
> 8 kg | de geschikte combinatie van pipetten gebruiken |
Vlooienbestrijding en preventiec (Ctenocephalides felis)
Eén behandeling voorkomt verdere vlooienbesmetting gedurende 4 weken. Aanwezige poppen in de omgeving kunnen nog uitkomen gedurende 6 weken of langer nadat de behandeling werd gestart, afhankelijk van de klimaatcondities. Daarom kan het noodzakelijk zijn de Advocate behandeling te combineren met een omgevingsbehandeling teneinde de vlocyclus in de omgeving te onderbreken. Dit kan resulteren in een snellere afname van de vlooienpopulatie in huis. Advocate dient maandelijks te worden toegediend wanneer het gebruikt wordt als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen door vlooien veroorzaakte allergische dermatitis (FAD).
Behandeling van oormijtinfestatie (Otodectes cynotis)
Het diergeneesmiddel dient eenmalig toegediend te worden. Controle door de dierenarts 30 dagen na de behandeling wordt aanbevolen, omdat bij sommige dieren een tweede behandeling nodig kan zijn. Niet direct in het oorkanaal toedienen.
Behandeling van notoedrische schurft (Notoedres cati)
Een enkele dosis van het diergeneesmiddel moet worden toegediend.
Behandeling van de longworm Eucoleus aerophilus (syn. Capillaria aerophila) (volwassen stadia)
Een enkele dosis van het diergeneesmiddel dient te worden toegediend.
Preventie van Aelurostrongylus abstrusus
Het diergeneesmiddel dient maandelijks te worden toegediend.
Behandeling van Aelurostrongylus abstrusus
Advocate dient maandelijks te worden toegediend gedurende drie opeenvolgende maanden.
Behandeling van de oogworm Thelazia callipaeda (volwassen stadia)
Een enkele dosis van het diergeneesmiddel dient te worden toegediend.
Preventie van hartworm (Dirofilaria immitis)
Katten die verblijven in regio’s endemisch besmet met hartworm of die reisden naar endemische besmette regio’s, kunnen geïnfecteerd zijn met volwassen hartworm. Om deze reden dient vóór een behandeling met Advocate het advies in rubriek “Speciale waarschuwing(en)” te worden overwogen.
Voor de preventie van hartworm dient Advocate iedere maand toegepast te worden gedurende de tijd van het jaar wanneer muggen (de intermediaire gastheer die de hartwormlarve draagt en overbrengt) aanwezig zijn. Het diergeneesmiddel kan het gehele jaar door worden toegediend. De eerste dosis mag gegeven worden na de eerste mogelijke blootstelling aan muggen, maar niet later dan één maand na deze blootstelling. Deze behandeling dient met regelmatige maandelijkse intervallen te worden voortgezet tot één maand na de laatste blootstelling aan muggen. Om een routine te krijgen, is het aanbevolen dat op dezelfde dag of datum van elke maand wordt behandeld. Indien een ander preventief diergeneesmiddel in een hartworm preventieprogramma wordt vervangen, dient de eerste behandeling met Advocate uitgevoerd te worden binnen de maand na de laatste toegediende dosis van de vorige medicatie.
In niet endemische regio’s is er geen risico voor hartwormbesmetting bij de kat. Daarom kunnen ze behandeld worden zonder speciale voorzorgen.
Behandeling van rondwormen en haakwormen (Toxocara cati en Ancylostoma tubaeforme)
In regio’s endemisch voor hartworm kunnen de maandelijkse behandelingen het risico op herinfectie door respectievelijk rondwormen en haakwormen significant reduceren. In niet-endemische regio’s, kan het diergeneesmiddel worden gebruikt als onderdeel van een seizoensgebonden preventieprogramma tegen vlooien en gastro-intestinale nematoden.
Doseringsschema voor fretten
Een pipet Advocate spot-on oplossing voor Kleine Katten (0,4 ml) zou moeten toegediend worden per dier.
De aanbevolen dosis niet overschrijden.
Het behandelingsschema dient gebaseerd te worden op de locale epidemiologische situatie.
Vlooienbestrijding en preventie (Ctenocephalides felis)
Eén behandeling voorkomt verdere vlooienbesmetting gedurende 3 weken. Bij hevige vlooienbesmettingsdruk kan het nodig zijn de toediening na 2 weken te herhalen.
Preventie van hartworm (Dirofilaria immitis)
Fretten die verblijven in regio’s endemisch besmet met hartworm of die reisden naar endemische besmette regio’s, kunnen geïnfecteerd zijn met volwassen hartworm. Om deze reden dient voor een behandeling met Advocate het advies in rubriek "Speciale Waarschuwingen" te worden overwogen.
Voor de preventie van hartworm dient het diergeneesmiddel iedere maand toegepast te worden gedurende de tijd van het jaar wanneer muggen (de intermediaire gastheer die de hartwormlarve draagt en overbrengt) aanwezig zijn. Het diergeneesmiddel kan het gehele jaar door worden toegediend. De eerste dosis mag gegeven worden na de eerste mogelijke blootstelling aan muggen, maar niet later dan één maand na deze blootstelling. Deze behandeling dient met regelmatige maandelijkse intervallen te worden voortgezet tot één maand na de laatste blootstelling aan muggen.
In niet endemische regio’s is er geen risico voor hartwormbesmetting bij de fret. Daarom kunnen ze behandeld worden zonder speciale voorzorgen.
Aanwijzingen voor een juiste toediening
Neem één pipet uit de verpakking. Houd de tube rechtop, draai en verwijder het dopje. Het dopje er omgekeerd weer op plaatsen, draaien om het zegel te verbreken en het dopje weer verwijderen (zie afbeelding).
Druk de haren op de nek van het dier ter hoogte van de schedelbasis uit elkaar totdat de huid zichtbaar wordt. Plaats de open zijde van de tube op de huid en knijp enkele malen de tube stevig samen om de inhoud direct op de huid aan te brengen. Toediening ter hoogte van de schedelbasis minimaliseert de mogelijkheid voor het dier om het product af te likken. Alleen aanbrengen op onbeschadigde huid.
Wachttijd(en)
Niet van toepassing.
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Buiten het bereik en zicht van kinderen houden.
Niet bewaren boven 30°C.
Het diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket en de buitenverpakking. De uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand.
Speciale waarschuwing(en)
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort
De werkzaamheid van het diergeneesmiddel werd niet getest bij fretten van meer dan 2 kg, en daarom zou de duur van het effect korter kunnen zijn bij deze dieren
Kortstondig contact van het dier met water bij één of twee gelegenheden tussen de maandelijkse behandelingen in zal waarschijnlijk de effectiviteit van het diergeneesmiddel niet verminderen. Echter, frequent shampooën of het onderdompelen van het dier in water na de behandeling kan de effectiviteit van het diergeneesmiddel verminderen.
Parasitaire resistentie ten opzichte van elke klasse van anthelmintica kan zich ontwikkelen na frequent herhaald gebruik van een anthelminticum van die klasse. Daarom moet het gebruik van dit diergeneesmiddel worden gebaseerd op de beoordeling van elk individueel geval en op lokale epidemiologische informatie over de huidige gevoeligheid van de doelsoorten teneinde de mogelijkheid van een toekomstige selectie voor resistentie te voorkomen. Het gebruik van het diergeneesmiddel moet worden gebaseerd op de bevestigde diagnose van gemengde infecties op hetzelfde moment (of risico van infectie, waar preventie van toepassing is) (zie ook rubrieken “Indicaties(s))” en “Dosering voor elke doeldiersoort, toedieningsweg(en) en wijze van gebruik”).
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren
Behandeling van katten van minder dan 1 kg en fretten van minder dan 0,8 kg dient gebaseerd te zijn op een risico-baten analyse.
Er is beperkte ervaring met het gebruik van het diergeneesmiddel bij zieke of verzwakte dieren, daarom dient het diergeneesmiddel bij deze dieren enkel gebruikt te worden na een risico-baten analyse.
Niet aanbrengen in de bek, de ogen of oren van het dier.
Er moet voor gezorgd worden dat het diergeneesmiddel niet ingeslikt wordt door dieren en niet in contact komt met de ogen of de bek van het behandelde of andere dieren. Bestudeer nauwgezet de correcte toedieningsweg beschreven in rubriek “Aanwijzingen voor een juiste toediening”, vooral hoe het diergeneesmiddel aangebracht moet worden op de gespecificeerde toedieningsplaats, om het risico te beperken dat het dier aan het diergeneesmiddel zou likken. Laat niet toe dat recent behandelde dieren elkaar likken. Laat behandelde dieren niet in contact komen met onbehandelde dieren tot de toedieningsplaats opgedroogd is.
Het wordt aanbevolen om katten en fretten die verblijven in of reizen naar regio’s die endemisch besmet zijn met hartworm, maandelijks te behandelen met het diergeneesmiddel teneinde ze te beschermen tegen hartworm.
Ondanks het feit dat de nauwkeurigheid van een hartwormdiagnose beperkt is, is het aanbevolen de status van elke kat en fret ouder dan 6 maanden te bepalen voordat een profylactische behandeling wordt gestart, omdat het gebruik bij katten of fretten die een infectie met volwassen hartworm hebben, ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, inclusief sterfte. Indien een infectie met volwassen hartworm wordt gediagnosticeerd, moet de infectie behandeld worden in overeenstemming met de huidige wetenschappelijke kennis.
Bij bepaalde individuele katten kan de Notoedres cati infestatie ernstig zijn. In ernstige gevallen is bijkomende ondersteunende behandeling nodig aangezien de behandeling met het diergeneesmiddel alleen niet voldoende zou kunnen zijn om de dood van het dier te voorkomen.
Imidacloprid is giftig voor vogels, in het bijzonder kanaries.
Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het geneesmiddel aan de dieren toedient
Vermijd contact met de huid, ogen of mond.
Niet eten, drinken of roken gedurende de toepassing.
Was de handen grondig na gebruik.
Na behandeling de dieren niet strelen of kammen tot de plaats van toediening is opgedroogd.
Was op de huid gemorst diergeneesmiddel onmiddellijk af met zeep en water.
Mensen met een bekende overgevoeligheid voor benzylalcohol, imidacloprid of moxidectine dienen het diergeneesmiddel met de nodige voorzichtigheid toe te dienen. In zeer zeldzame gevallen kan het product huidovergevoeligheid of huidreacties van voorbijgaande aard (bvb. gevoelloosheid, irritatie of branderig /tinteling gevoel) veroorzaken.
In zeer zeldzame gevallen kan het diergeneesmiddel irritatie van de luchtwegen veroorzaken bij gevoelige personen.
Indien het diergeneesmiddel per ongeluk in de ogen terechtkomt, moeten de ogen grondig worden gespoeld met water.
Indien huid- of oogsymptomen aanhouden of het diergeneesmiddel per ongeluk wordt ingeslikt, vraag dan onmiddellijk medische advies en toon de bijsluiter en de verpakkingstekst aan de arts.
Het solvens in Advocate kan bepaalde materialen zoals leder, stoffen, plastics en gelakte oppervlakken beschadigen of er vlekken op veroorzaken. Laat de toedieningsplaats drogen alvorens contact met dergelijke materialen toe te laten.
Dracht en lactatie
De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens dracht of lactatie bij de doeldiersoorten. Daarom wordt het gebruik van het diergeneesmiddel afgeraden bij fokdieren of tijdens de dracht en lactatie.
Interactie(s) met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Tijdens de behandeling met Advocate mogen geen andere antiparasitaire macrocyclische lactonen toegediend worden.
Er zijn geen interacties tussen Advocate en routinematig gebruikte diergeneesmiddelen of medische of chirurgische procedures waargenomen.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
Tot 10 maal de aanbevolen dosis werd getolereerd bij katten zonder het optreden van bijwerkingen of ongewenste klinische symptomen.
Het diergeneesmiddel werd 6 maal om de 2 weken tot 5 maal de aanbevolen dosis aan kittens toegediend zonder ernstige veiligheidsrisico’s. Voorbijgaande mydriasis, speekselen, braken en voorbijgaande versnelde ademhaling werden waargenomen.
Na accidentele orale opname of overdosering kunnen zich in zeer zeldzame gevallen neurologische symptomen (waarvan de meeste van voorbijgaande aard zijn), zoals ataxie, algehele tremoren, oculaire symptomen (verwijde pupillen, verminderde pupil reflex, nystagmus), abnormale ademhaling, speekselvorming en braken voordoen.
Het diergeneesmiddel werd 4 maal om de 2 weken tot 5 maal de aanbevolen dosis aan fretten toegediend, en er was geen blijk van bijwerkingen of ongewenste klinische symptomen.
In geval van accidentele orale opname dient een symptomatische behandeling te worden ingesteld. Er is geen specifiek antidoot bekend. Het gebruik van actieve kool kan zinvol zijn.
Onverenigbaarheden
Geen bekend
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen van niet-gebruikte diergeneesmiddelen of eventuel afvalmateriaal
Geneesmiddelen mogen niet worden verwijderd via afvalwater of huishoudelijk afval. Advocate dient niet in het oppervlaktewater terecht te komen, aangezien dit gevaarlijk kan zijn voor vissen en andere waterorganismen.
Vraag aan uw dierenarts wat u met overtollige geneesmiddelen dient te doen. Deze maatregelen dragen bij aan de bescherming van het milieu.
De datum waarop de bijsluiter voor het laatst is herzien**
8 oktober 2021
Overige informatie
Imidacloprid is effectief tegen larvale stadia alsook tegen volwassen vlooien. Vlooienlarven die zich bevinden in de omgeving van een huisdier worden gedood na contact met een dier dat behandeld is met het diergeneesmiddel.
Het diergeneesmiddel heeft een langdurige werking en beschermt katten na een eenmalige toediening gedurende 4 weken tegen herinfectie met Dirofilaria immitis. Studies ter evaluatie van het farmacokinetisch gedrag van moxidectine na meervoudige toediening hebben uitgewezen dat de evenwichtsserumconcentraties bereikt worden na ongeveer 4 opeenvolgende maandelijkse behandelingen bij katten.
Verpakkingsgrootten: 0,4 ml en 0,8 ml per pipet; blisterverpakkingen bevattende 1, 2, 3, 4, 6, 9, 12, 21 of 42 eenheidsdosis pipetten.
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Gelieve voor alle informatie over dit diergeneesmiddel contact op te nemen met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
Registratienummer: REG NL 10268
**Datum van toevoegen/wijziging van bovenstaande bijsluitertekst op diergeneesmiddelen.info: 19 september 2022 (NB het is mogelijk dat een eventuele nieuwere versie nog niet in de collectie van diergeneesmiddelen.info is verwerkt).
Status voor gebruik bij dieren in Nederland
Uitsluitend verkrijgbaar bij een dierenarts of op recept van een dierenarts bij een apotheek.